Levieten in de Vrederijkstempel

110_06_0207_BiblePaintingsGod beloofde niet alleen dat er een koning uit David voort zou komen die altijd regeren zou, maar ook dat Hij, gezegend is Zijn naam, het levitische priesterambt zou voortzetten, zolang de aarde bestaat. Een klein kijkje in de dienst van de Vrederijkstempel.  

‘In die dagen en te dien tijde zal Ik aan David een Spruit der gerechtigheid doen ontspruiten, die naar recht en gerechtigheid in het land zal handelen. In die dagen zal Juda verlost worden en Jeruzalem veilig wonen, en zo zal men het noemen: De Here onze gerechtigheid.

Nimmer zal het David ontbreken aan een man, die op de troon van het huis Israëls gezeten is;  en de levitische priesters zal het nimmer ontbreken voor mijn aangezicht aan een man die brandoffers offert, spijsoffers ontsteekt en slachtoffers brengt al de dagen.’ (Jeremia 33:15-18)

Met onder andere dit vers sprak Adonai Jahweh over de Koninklijke en priesterlijke lijn die door zouden lopen, zolang hemel en aarde bestaan.

God begon met de Hof van Eden, en het is zijn eer om met iets soortgelijks hiermee op aarde te eindigen in het Duizendjarig Vrederijk. Wij weten verder uit onder andere het laatste hoofdstuk van Zacharia (klik om te lezen) dat het Loofhuttenfeest gevierd zal worden in dit Rijk en dat er zelfs geofferd wordt (v.21) !

Te weten dat wij als Koningen kunnen heersen, als wij inderdaad door het Oordeel heenkomen en deelhebben aan de eerste opstanding, doet ons hart verblijden. Meer kennis over dit Rijk zal onze vreugde alleen nog maar verder vermeerderen!

Israël in ere hersteld

Vele profeten, zo niet allen, halen het herstel van Israël aan. Gods verbond met hen is dat Hij hun zonden weg zal nemen, al zal ook een deel van de inwoners van Jeruzalem en Juda sterven in die dagen. Wanneer echter Jesjoea terug zal keren, zullen zij zich uit spijt op de borst slaan en dit verloren kind herkennen aan zijn wonden en gelijk omsluiten in hun harten.

Het mooie van deze tijd is dat zij, die de Tora vaak zo ijverig bewaarden, deze Tora weer zullen doen uitgaan vanuit Jeruzalem. Velen zullen aan hun lippen hangen, en zelfs de Messiaanse beweging zal nog veel van hen leren…

Het bijzondere is dat we dit herstel van Juda (koningen) en ook van Levi (priesters) duidelijk terug kunnen vinden in, onder andere in Ezechiël 40 e.v.. Dit wil ik in het kort hieronder behandelen, zonder op dit moment diep in te gaan op de (duidelijke) verschillen in de Tempeldienst van het Vrederijk in vergelijking met de vroegere Tempeldienst. (Later wil ik dit artikel hierop uitbreiden).

Het idee dat alleen zij die in Messias gestorven zijn, regeren zouden of in Gods gratie staan, zou een anti-climax zijn van alle rijke beloftes voor Juda die door heel de Schrift heen te vinden zijn.

Aäron  – Pinechas – Sadok

Aäron wordt al beloofd dat God voor altijd de priesterdienst in zal stellen (al kan deze tijdens bijvoorbeeld de ballingschap niet uitgevoerd worden). De Almachtige doet dit met de woorden:

Gij zult hen omgorden met een gordel, Aäron en zijn zonen, en hun de hoofddoeken ombinden, en zij zullen het priesterambt hebben tot een altoosdurende inzetting; zo zult gij Aäron en zijn zonen wijden. (Exodus 29:9)

De Eeuwige herhaalt dit na Pinechas’ reddende actie in Num. 25:12-13 : ‘Zeg daarom: Zie, Ik geef hem mijn verbond des vredes, opdat het voor hem en zijn nakomelingen tot een verbond van een altoosdurend priesterschap zij, omdat hij voor zijn God geijverd en over de Israëlieten verzoening gedaan heeft.’

Later, onder Sadok, die onder David diende en Salomo inzegende (type van Messias in een Vrederijk), zei onze Heer:

‘En Ik zal Mij een betrouwbaar priester aanstellen, die naar mijn hart en in mijn geest handelt en Ik zal voor hem een duurzaam huis bouwen, zodat hij te allen tijde voor het aangezicht van mijn gezalfde wandelen zal’. (1 Samuël 2:35)

Dit alles doet ook Maleachi 3:3 in herinnering brengen: ‘Hij zal zitten, het zilver smeltend en reinigend. Hij zal de zonen van Levi reinigen, Hij zal hen louteren als goud en als zilver, opdat zij de Here in gerechtigheid offer brengen.’

De onherkenbare Josef (type van Messias) wordt herenigd met Israël (Jacob)
De onherkenbare Josef (type van Messias) wordt herenigd met Israël (Jacob)

Wij kunnen niet anders dan God letterlijk nemen op deze woorden, net als wij dit deden in Mattheüs 5, waarin Messias waarschuwde dat de Tora nooit zou komen te vervallen. Ja, al Gods woorden zijn Ja en Amen.

Laat mij u ook herinneren aan het bekende hoofdstuk Jesaja 66:

En zij zullen al uw broeders brengen uit alle volken als een offer voor de Here; (…), naar mijn heilige berg, naar Jeruzalem, zegt Jahwe, zoals de Israëlieten het offer in rein vaatwerk naar het huis des Heren brengen. 
En ook uit hen zal Ik er nemen tot priesters, tot Levieten, zegt de Here.  Want zoals de nieuwe hemel en de nieuwe aarde, die Ik maken zal, voor mijn aangezicht zullen blijven bestaan, luidt het woord van Jahwe, zo zal uw nageslacht en uw naam blijven bestaan. 
En het zal geschieden van nieuwe maan tot nieuwe maan en van sabbat tot sabbat, dat al wat leeft zal komen om zich voor mijn aangezicht neer te buigen, zegt Jahwe.’ Jes. 66:20-23

Hoe groot zijn Gods wegen! In onze dagen komen al verschillende stammen terug, zoals geprofeteerd. In Jesjoea’s eerste dagen als Vorst zal er sprake zijn van een nog grotere exodus. Van deze ingezamelden weet Abba Jahweh precies wie hij als levitisch priester nemen zal,  volgens zijn eigen beloften uit dit hoofdstuk.

Het staat er inderdaad, maar…

Als wij inderdaad Gods woord ook op dit onderwerp aannemen, dan is het niet vreemd als men daarna het beeld nog scherpen wil krijgen. Vragen kunnen opkomen als: Waarom zou er nog geofferd moeten worden als Jesjoea, hét offerlam, op aarde regeert? En: Waarom zouden wij volgelingen van Jesjoea niet dienst mogen doen?

Deze vragen zijn allereerst aan God zelf om te beantwoorden. Als wij ons in Hem en zijn Woord verplaatsen, kunnen we wellicht tot de conclusie komen dat Hij het beste zijn volk in ere hersteld, door hen juist die taken te laten verrichten (zij het in gewijzigde vorm), die Hij hen altijd al als apart volk heeft opgedragen, te weten: de tempeldienst.

In Ezechiël 44:15 staat geschreven: ‘Maar de levitische priesters, de zonen van Sadok, die de dienst in mijn heiligdom in acht genomen hebben, toen de Israëlieten van Mij afdwaalden, die zullen tot Mij naderen om Mij te dienen, en zij zullen in mijn dienst staan om Mij vet en bloed te brengen, luidt het woord van de Adonai Jahweh.’

Wij zullen ook als priesters dienen (Op. 20:6), maar God heeft nog een aparte taak voor de afstammelingen van Levi, zoals er voor Hem altijd een onderscheid is tussen de gemeente Israël en de gemeente van Jesjoea. Juda ziet er tot deze dag naar uit God in de tempel te dienen. Het zojuist vernieuwde Temple Institute in Jeroesjalajim smacht ernaar de Eeuwige te dienen op de Hem welbehagelijke wijze.

Wanneer Jesjoea als Vorst (Eze. 40 e.v.) in de tempel aanwezig is, zullen hij en de priesters door middel van de (gewijzigde) tempeldienst de rest van Juda, maar ook alle volken op aarde Gods weg nauwkeuriger kunnen leren (Eze. 44:23). Men zal offeren in een tijd waarin dieren elkaar geen kwaad meer doen…

De volken zullen niet in Jeruzalem samendrommen op een leeg plein zonder tempel.
(Overigens meent br. Bert Otten in zijn werk over de Feesten dat er in Jeruzalem geen tempel herbouwd wordt in die tijd. Hij doet dit op basis van een vers die naar mijn mening teveel gewicht toegekend wordt en uit zijn context wordt gehaald).

We zien in Ezechiëls profetie dat zelfs Jesjoea, de Vorst, offers zal brengen (Eze. 45:17)!
God kiest ervoor om in het Vrederijk woning te nemen in de tempel (Eze. 43:7).

Van harte gegund

Zo velen volgelingen van Jesjoea hebben nog moeite met Gods bijzonder handelen met zijn eerstgeboren zoon Israël. Dit mocht niet zo zijn. Bedenk alleen maar dat God het verbod op het begeren van andermans positie etc. met zijn eigen ‘vinger’ opschreef in de Tien Woorden.

Kunnen wij ons in dit leven verheugen in het beginnend herstel van Gods volk en de grote daden die Hij hen bewijst en bewijzen zal? En zullen wij ons niet in dit leven al verheugen over Juda’s rol in het Duizendjarig Vrederijk, waarin ook wij toch met Jesjoea als koningen zullen heersen?

Laten we onze harten doen opspringen over Gods volk nu en in de nabije toekomst van het Duizendjarig Vrederijk!

Jesaja 2:3: ‘en vele natiën zullen optrekken en zeggen: Komt, laten wij opgaan naar de berg van Jahwe, naar het huis van de God Jakobs, opdat Hij ons lere aangaande zijn wegen en opdat wij zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de wet (tora) uitgaan en des Heren woord uit Jeruzalem.’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *